Geldzorgen? Je bent niet alleen. In gesprek met arm en rijk.
Door: Thomas van de Loo
Geld: het is misschien wel het meest genoemde argument voor een leven vol concessies. Natuurlijk zijn we benieuwd naar een ander leven; naar iets wat echt klopt. Maar de vrees voor een significante daling in de persoonlijke AEX-index schreeuwt harder dan het stemmetje dat op fluistertoon vraagt waartoe we nu eigenlijk echt in staat zijn. Om die reden probeer ik in een aantal blog posts de thema’s geld en geldzorgen te duiden.
Want iets wat zo bepalend is, wil je op zijn minst toch beter begrijpen.
Kletsen over knaken
Om de rol van geld in het leven van mensen beter te begrijpen ben ik de afgelopen periode met verschillende mensen in gesprek gegaan. In de gesprekken ging het me niet om concrete uitgavenpatronen of budgetplannen, maar over geld als potentiële bron van zorgen.
Voor een mooi contrast ging ik met zowel relatief arme als relatief rijke mensen in gesprek.
Wat versta ik dan onder ‘relatief arm’ en ‘relatief rijk’?
Relatief arm zie ik als: goed op moeten letten bij al je uitgaven, hopen dat je het redt deze maand en weinig bezit hebben.
Relatief rijk zou je kunnen omschrijven als: dagelijkse uitgaven hebben weinig impact op het financieel geheel, een aardig vermogen (>100K) en het bezitten van een huis, grond, enzovoorts.
Heb niet met het CBS gebeld om te checken of dit goede definities zijn, maar ’t geeft een beetje een denkrichting.
Over het CBS en gedegen onderzoek doen gesproken: het gaat hier niet om grote, representatieve steekproeven – ik baseer dit verhaal op uitspraken van ongeveer tien mensen. De insteek is niet om met harde conclusies te komen; meer om een eerlijk en algemeen beeld te schetsen. Een algemeen beeld dat, denk ik, voor velen herkenbaar is.
Laat ik beginnen met de mensen met relatief weinig geld.
Korte termijn zwaait de scepter
Wat het meest opvalt bij de mensen met relatief weinig geld is de focus op de korte termijn. Alles draait om de vraag: hoe kom ik deze maand rond?
Ze besparen op eten, kunnen geen substantiële voorraad aanleggen, stellen grote uitgaven uit en wanneer ze bepaalde medische behandelingen nodig hebben maar deze gepaard gaan met kosten, hopen ze dat het probleem zich vanzelf oplost.
Hun geldsituatie is een constante bron van zorgen en stress en ze hopen dat het tij ooit zal keren.
Of dat tij zal keren, is vaak nog maar de vraag. Ze lijken zich redelijk machteloos te voelen over de hele situatie.


